dienster

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  dienster    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• dien·ster

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van dienen met het achtervoegsel -ster

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	dienster	diensters
verkleinwoord	dienstertje	dienstertjes

Zelfstandig naamwoord

de dienster v

1. (beroep) vrouw die bedient

Synoniemen

• serveerster
• dienstmeisje

Vertalingen

    1.   

Spaans: sirvienta (es) v

Gangbaarheid

• Het woord dienster staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "dienster" herkend door:

85 %	van de Nederlanders;
97 %	van de Vlamingen.