dichloor
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- di·chloor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dichloor | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (scheikunde) met twee chlooratomen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'dichloor' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.