diatoom
Uiterlijk

- di·a·toom
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | diatoom | diatomen |
| verkleinwoord |
het diatoom o
- (protisten) eencellige organisme uit de stam Bacillariophyta
, waarvan de leden een extern skelet van kiezel (siliciumdioxide, SiO2) hebben
- ▸ In een publicatie in Nature Geoscience wijst een team van mariene biologen van Louisiana State University nu het toxine producerende diatoom Pseudo-nitzschia aan als boosdoener.[1]
| stellend | |
|---|---|
| onverbogen | diatoom |
| verbogen | diatome |
diatoom
- (scheikunde) met moleculen die uit twee atomen bestaan
- ▸ In zijn normale toestand is waterstof een diatoom molecuul.[2]
- Het woord 'diatoom' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑
Weblink bron “Hitchcocks 'crazy birds' vergiftigd” (2 januari 2012) op nrc.nl 
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Committed to clean Energy” op humsterlandenergie.nl
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Verkorting in het Nederlands
- Voorvoegsel di- in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Protisten in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Scheikunde in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal