deurbellen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: deurbellen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈdørbɛlə(n) / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- deur·bel·len
Zelfstandig naamwoord
de deurbellen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord deurbel
Gangbaarheid
- Het woord 'deurbellen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.