deugkneusje

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • deug·kneus·je
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

het deugkneusjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord deugkneus
     ‘Lisa, links deugkneusje, dankzij types zoals jij is dit land chronisch ziek’, zei ene Hans deze week tegen me.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 19 mei 2023 Weblink bron
    Lisa Bouyeure
    “Gaat de Twittertrol zijn stem gebruiken?” (19 juni 2020) op volkskrant.nl op Wikipedia