demystificeerde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- de·mys·ti·fi·ceer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
demystificeren |
demystificeerde
- enkelvoud verleden tijd van demystificeren
- Ik demystificeerde.
- Jij demystificeerde.
- Hij, zij, het demystificeerde.
- Ik demystificeerde.