debetcard
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- de·bet·card
Woordherkomst en -opbouw
- leenvertaling van Engels debit card, samenstelling van debet zn en card zn ; in deze schrijfwijze aangetroffen vanaf 1984 (zie vindplaats hieronder)
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | debetcard | debetcards |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (financieel), (economie) een beveiligde kunststof kaart waarmee van een rekening bedragen worden afgeschreven bij het doen van een betaling of geldopname
Synoniemen
Antoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'debetcard' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Kees Versteegh“‘Terugkeerregeling’ Oekraïeners mogelijk afgeschaft na misbruik” (19 februari 2016) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron G. Zalm & W. SorgdragerAanwijzing financiële diensten als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet melding ongebruikelijke transacties : Nota van toelichting (22 april 1998) in: Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden, jrg. 1998 nr. 391 (2 juli 1998), p. 3
- ↑ Weblink bron “Netwerk van computers steeds belangrijker” (10 maart 1984) op nrc.nl
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Financieel in het Nederlands
- Economie in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal