datalekje
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- da·ta·lek·je
Zelfstandig naamwoord
het datalekje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord datalek
Gangbaarheid
- Het woord 'datalekje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.