dagsucces
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dag·suc·ces
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van dag zn en succes zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dagsucces | dagsuccessen |
verkleinwoord | dagsuccesje | dagsuccesjes |
Zelfstandig naamwoord
het dagsucces o
- (sport) winst die men in een eendaagse wedstrijd behaalt
Gangbaarheid
- Het woord dagsucces staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Dagsucces en eindzege Brambilla; Mollema derde in eindklassement” (Zondag 21 februari 2021, 16:55), NOS
- ↑ Weblink bron “Kragh Andersen soleert naar tweede ritzege Tour de France” (Vrijdag 18 september 2020, 17:21), NOS