déjà-vugevoel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dé·jà-vu·ge·voel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van déjà vu en gevoel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | déjà-vugevoel | déjà-vugevoelens |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
déjà-vugevoel o
- het gevoel dat men de huidige omstandigheden al eens eerder beleefd heeft
- Toen is die kamer binnenliep had ik een déjà-vugevoel.
Gangbaarheid
- Het woord déjà-vugevoel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.