cytologie
Uiterlijk
- cy·to·lo·gie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | cytologie | - |
verkleinwoord | - | - |
de cytologie v
- Het woord cytologie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "cytologie" herkend door:
68 % | van de Nederlanders; |
71 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- IPA: /tsɪtɔlɔgɪjɛ/
- cy·to·lo·gie
cytologie v
- Zie [[w:cs:cytologie
|Wikipedia]] voor meer informatie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voorvoegsel cyto- in het Nederlands
- Achtervoegsel -logie in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Biologie in het Nederlands
- Medisch in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 68 %
- Prevalentie Vlaanderen 71 %
- Woorden in het Tsjechisch
- Woorden in het Tsjechisch met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Tsjechisch
- Biologie in het Tsjechisch
- Vrouwelijk zelfstandig naamwoord in het Tsjechisch