cumulatie

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  cumulatie    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• cu·mu·la·tie

Woordherkomst en -opbouw

• Naamwoord van handeling van cumuleren met het achtervoegsel -atie

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	cumulatie	cumulaties
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de cumulatie v

1. samenvoeging, opeenhoping, opeenstapeling

Antoniemen

• decumulatie

Hyponiemen

• probleemcumulatie

Afgeleide begrippen

• anticumulatieregeling, cumulatief, cumulatieregel

Gangbaarheid

• Het woord cumulatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "cumulatie" herkend door:

90 %	van de Nederlanders;
93 %	van de Vlamingen.