cruzarse
Spaans
Uitspraak
Woordafbreking
- cru·zar·se
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
cruzarse |
cruzaba |
cruzado |
volledig |
Werkwoord
cruzarse
- wederkerend elkaar kruisen, elkaar tegenkomen
- elkaar snijden (van lijnen)
Verwijzingen
- cruzarse in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española