corvee
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- cor·vee
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘beurtelings te verrichten werkzaamheden’ voor het eerst aangetroffen in 1815 [1]
- van het Latijns corrogare, oproepen [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | corvee | corvees |
verkleinwoord | corveetje | corveetjes |
Zelfstandig naamwoord
het corvee o
- herendienst
- terugkerende taken in een huishouden die over de leden ervan zijn verdeeld, vaak bij toerbeurt
- In een samenleving kunnen alledaagse karweitjes zoals afwassen en boodschappen doen door verschillende mensen gedaan worden door onderling afspraken te maken hoe de te verrichten arbeid het beste, het meest rechtvaardig of het handigst, verdeeld kan worden. Deze verdeling noemt men corvee
Werkwoord
vervoeging van |
---|
corveeën |
corvee
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van corveeën
- Ik corvee.
- gebiedende wijs van corveeën
- Corvee!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van corveeën
- Corvee je?
Gangbaarheid
- Het woord corvee staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "corvee" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "corvee" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ corvee op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be