contreien
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- con·trei·en
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘streken’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1265 [1]
Zelfstandig naamwoord
contreien mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord contrei
Gangbaarheid
- Het woord contreien staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "contreien" herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
88 % | van de Vlamingen.[2] |