congres
Uiterlijk
- Geluid: congres (hulp, bestand)
- IPA: / kɔŋˈɣrɛs / (2 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /kɔŋˈχrɛs/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /kɔŋˈɣrɛs/
- con·gres
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘samenkomst’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1552 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | congres | congressen |
verkleinwoord | congresje | congresjes |
het congres o
- een grote vergadering van deskundigen op een bepaald vakgebied
- Het congres vindt plaats op zaterdag 13 november 2012.
- bijeenkomst met lezingen
- bijeenkomst van leden van een politieke partij
- bijeenkomst van een organisatie
- ▸ In Maastricht, bij het jaarlijkse congres tijdens de WK wielrennen, heeft de UCI een motie aangenomen om "pogingen om de pijnlijke aspecten van de wielergeschiedenis te exploiteren" te negeren.[2]
|
|
- Het woord congres staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "congres" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "congres" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑
Weblink bron “UCI ziet af van generaal pardon” (21-09-2012), NOS
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %