condoomplicht
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- con·doom·plicht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van condoom zn en plicht zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | condoomplicht | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (juridisch) (seksualiteit) de verplichting om een condoom bij zich te hebben
- (juridisch) (seksualiteit) de verplichting om een condoom te gebruiken bij wisselende seksuele contacten
- ▸ Zo had de wet dus geen zin, maar een wet voor de hele staat komt er dus niet: de porno-industrie zou Californië dan helemaal verlaten. En dat kan natuurlijk niet. Naast een condoomplicht zouden producenten ook moeten betalen voor SOA-tests, voorlichting en een speciaal gezondheidsplan voor de porno-sterren.[1]
- ▸ De Duitse deelstaten mogen zelf bepalen hoe ze op condoomgebruik gaan controleren en welke straffen ze uitdelen. Hoe dat precies gaat gebeuren, is nog onduidelijk. Overigens bestaat in de deelstaat Saarland de condoomplicht al langer.[2]
Gangbaarheid
- Het woord condoomplicht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Geen rubberplicht voor porno-sterren” (Maandag 16 september 2013, 11:25), NOS
- ↑ Weblink bron “Condoomplicht voor Duitse hoerenlopers” (Woensdag 4 februari 2015, 15:56), NOS