concordantie
- con·cor·dan·tie
- Leenwoord uit het middeleeuws Latijn, in de betekenis van ‘overeenstemming’ voor het eerst aangetroffen in 1276 [1]
- afgeleid van het Franse concordance (met het achtervoegsel -antie)
- afgeleid van concordant (met het voorvoegsel con-) en met het achtervoegsel -ie [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | concordantie | concordanties |
verkleinwoord | - | - |
- overeenstemming
- alfabetisch register van woorden (van een boekwerk) (met extra gegevens)
- (geologie) het evenwijdig gelaagd zijn van aardlagen
1.
- Het woord concordantie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "concordantie" herkend door:
59 % | van de Nederlanders; |
82 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "concordantie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ concordantie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 12
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -antie in het Nederlands
- Voorvoegsel con- in het Nederlands
- Achtervoegsel -ie in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Geologie in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 59 %
- Prevalentie Vlaanderen 82 %