comapatiënt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • co·ma·pa·ti·ent
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord comapatiënt comapatiënten
verkleinwoord comapatiëntje comapatiëntjes

Zelfstandig naamwoord

de comapatiëntm

  1. (medisch) patiënt die langdurig diep bewusteloos is
     Door de hersenactiviteit van een comapatiënt de eerste 24 uur permanent te meten, kan de kans op herstel veel beter worden voorspeld. Dat blijkt uit onderzoek van de Universiteit Twente, het Rijnstate Ziekenhuis in Arnhem en het Medisch Spectrum Twente in Enschede.[1]
     Jonge comapatiënten hebben vaak nog een goede toekomst. Een speciale behandelmethode in het Tilburgse revalidatiecentrum Leijpark heeft succes, schrijft de Volkskrant. Comapatiënten worden daar op allerlei manieren geactiveerd en gestimuleerd, door onder anderen logopedisten, fysiotherapeuten en activiteitenbegeleiders.[2]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 4 april 2023 Weblink bron “Nieuwe methode om kansen van comapatiënten te voorspellen” (Donderdag 18 juni 2015, 18:54), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 4 april 2023 Weblink bron “'Jonge comapatiënt heeft nog goede toekomst'” (Dinsdag 6 september 2016, 08:35), NOS