collationering
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- col·la·ti·o·ne·ring
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van collationeren (met het voorvoegsel col-) en met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | collationering | collationeringen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de collationering v
- het collationeren
Gangbaarheid
- Het woord collationering staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.