co-ouderschap

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • co-ou·der·schap
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van ouder met het voorvoegsel co- en met het achtervoegsel -schap
enkelvoud meervoud
naamwoord co-ouderschap co-ouderschappen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

co-ouderschap o

  1. verdeling van het ouderschap tussen de beide ouders na een echtscheiding
    • Bij co-ouderschap deelt u de dagelijkse zorg en opvoeding van de kinderen zo veel mogelijk. Uw kind woont dan afwisselend bij u en uw partner.[1] 
Verwante begrippen

Verwijzingen

Meer informatie

Gangbaarheid