closetrolhouder

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

closetrolhouder
Uitspraak
Woordafbreking
  • clo·set·rol·hou·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord closetrolhouder closetrolhouders
verkleinwoord closetrolhoudertje closetrolhoudertjes

Zelfstandig naamwoord

de closetrolhouderm

  1. accessoire in een toilet waaraan men een rol toiletpapier kan hangen zodat het toiletpapier makkelijk kan worden afgerold voor gebruik
     Hoe voelt een klopboor, hoe een hamerboor? En dan: hang maar een closetrolhouder aan die steen. Gaatje, plugje, schroefje: het zijn simpele dingen, maar ze hebben er geen ervaring mee. Ze hebben gewoon een duwtje nodig. De angst moet eruit.”[1]
     Dat gebeurde inderdaad, maar de slang bleek na een koortsachtige speurtocht tussen doucheputje, stortbak en closetrolhouder onvindbaar. ,,Toen moesten we dus slapen in een huis waar misschien nog steeds een korenslang rondkroop’’, vat Solveigh de situatie samen.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 15 november 2021 Weblink bron “Huidige generatie kan niet omgaan met gereedschap: 'Een boormachine is eng'” (09-11-2015), Tubantia
  2. Bronlink geraadpleegd op 15 november 2021 Weblink bron “Bewoonster treft slang in douchebak: ‘Ik stond te trillen op mijn benen’” (31-05-2018), Tubantia