clafoutis
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- cla·fou·tis
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Frans
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | clafoutis | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de clafoutis m
- (voeding) een Frans gebak van kersen, dat als nagerecht wordt gegeten
- ▸ 'We gaan uit van een menselijke fout, waardoor de bosvruchten clafoutis-taart gratis te bestellen is', meldde een woordvoerster van het bedrijf. 'We zijn niet primair bezig om te kijken hoe het komt. We willen vooral het probleem zo snel mogelijk verhelpen en gaan dan kijken wat we doen met de bestellingen die zijn geplaatst.' De taart kost normaal gesproken vier euro.[1]
- ▸ Hij regelt bij een cateraar een romantisch dinertje, beslist geen chasse-cousin, maar met exquise spijzen als coquilles Saint-Jacques en als dessert clafoutis, alles geserveerd op zijn geërfde wedgwoodservies met een lekkere yquem erbij.[2]
Gangbaarheid
- Het woord clafoutis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "clafoutis" herkend door:
37 % | van de Nederlanders; |
51 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Jarige Hema trakteert per ongeluk op gratis taart: site plat” (04-11-2011), Tubantia
- ↑ Weblink bron “Peter Jansen wint Groot Almelo's Dictee” (12-12-2013), Tubantia
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be