citroensmaak

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ci·troen·smaak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord citroensmaak citroensmaken
verkleinwoord citroensmaakje citroensmaakjes

Zelfstandig naamwoord

de citroensmaakm

  1. de de zurige, zoete smaak van citroen
     Er zat een klein, doorzichtig doosje in gevuld met citroengeel poeder. Het kind leek teleurgesteld, en ook de moeder wist niet wat het was. 'Druivesuiker,'zei Ernst. `Druivesuiker met citroensmaak.'[1]
     Enkele tafels verderop moet er geproefd worden. Er staan piepkleine glazen. Ze zijn gevuld. Maar waarmee? De glazen staan op placemats met afbeeldingen van citroenen. Ook op de viltjes zijn citroenen afgebeeld. Naast de glazen staat een fles Karvan Cevitam met citroensmaak.[2]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij op Wikipedia, ISBN 9789023479925
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 februari 2022 Weblink bron “Een avondje autistisch zijn in Wierden” (19-11-2016), Tubantia