chowchow

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • chow·chow
enkelvoud meervoud
naamwoord chowchow chowchows
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

chowchow m

  1. soort keeshond
    • Wie tijdens een bezoek aan een circus in Italië trots met een panda op de foto denkt te zijn gegaan, komt bedrogen uit. Een Italiaanse circuseigenaar wordt ervan verdacht dat hij mensen liet betalen met panda's op de foto te gaan, terwijl de dieren in werkelijkheid zwart-wit geverfde chowchow-puppy's waren.[1] 
    • Een ander bekend werk van Hekman is het beeld dat hij maakte van Biru, zijn overleden chowchow. Het beeld van de hond kwam in 1997 te staan in het plantsoen tegenover zijn woning in de Kameren Maria van Pallaes in Utrecht. Het beest lag daar vaak te slapen.[2] 
Verwante begrippen

Gangbaarheid

64 % van de Nederlanders;
67 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Volkskrant Lennart Bloemhof 23 december 2014
  2. Volkskrant PETER DE WAARD 13 januari 2014
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be