chauffard
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Frans
Uitspraak
Zelfstandig naamwoord
chauffard m
- (spreektaal) wegpiraat, zondagsrijder
- «Alphonse, ce chauffard, a foncé sur les douaniers.»
- Die wegpiraat van een Alphonse is op de douanebeambten ingereden. [1]
- «Alphonse, ce chauffard, a foncé sur les douaniers.»