chagrijn
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- cha·grijn
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘verdrietige ontevredenheid’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1720 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | chagrijn | chagrijnen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
Afgeleide begrippen
- [1-2] chagrijnig
- [3] chagrijnleer
Gangbaarheid
- Het woord chagrijn staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "chagrijn" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen.[6] |
Verwijzingen
- ↑ "chagrijn" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ verdriet chagrijn op website: Etymologiebank.nl
- ↑ leer chagrijn op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be