censor
Uiterlijk
- cen·sor
- Van het Latijnse censor
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | censor | censoren censors |
| verkleinwoord | censortje | censortjes |
de censor m
- (oudheid) een hoge ambtenaar met absolute macht in de Romeinse republiek
- Een censor hield onder meer toezicht op het zedelijk gedrag van de burgers.
- Het woord censor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "censor" herkend door:
| 89 % | van de Nederlanders; |
| 82 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
| enkelvoud | meervoud |
|---|---|
| censor | censors |
censor
- (oudheid): censor
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Oudheid in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 89 %
- Prevalentie Vlaanderen 82 %
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 6
- Woorden in het Engels met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Oudheid in het Engels