cenozoïcum
Uiterlijk
- Geluid: cenozoïcum (hulp, bestand)
- IPA: /senoˈzowikʏm/
- ce·no·zo·i·cum
- van Engels Cenozoic, in 1840 gebruikt door de Engelse geoloog J. Phillips samen met "Mesozoic" als uitbreiding op het al gebruikte "Palaeozoic"[1]; samenstellende afleiding van Oudgrieks καινός (kainós) "nieuw" en ζωή (zoè) "leven" met het achtervoegsel -icum, dus "tijdperk van nieuw leven"
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | cenozoïcum | - |
verkleinwoord | - | - |
het cenozoïcum o
- (geologie) geologisch tijdperk, het derde en laatste era van het fanerozoïcum, vanaf 66 miljoen jaar geleden
- Het cenozoïcum is een era van het fanerozoïcum dat volgt op het mesozoïcum.
- Vóór 2006 was de spelling Cenozoïcum. In specialistische publicaties blijft volgens de Taalunie spelling met een hoofdletter mogelijk, zie hier.
- Het woord is niet afgeleid van Oudgrieks κενός (kenós) "leeg", zoals bijvoorbeeld "kenosis"; daarom is de soms gebruikte niet-officiële schrijfwijze "kenozoïcum" minder op haar plaats.
- kaenozoïcum
- neozoïcum (verouderd)
- era (geologie)
- fanerozoïcum
- mesozoïcum (verouderd: Secundair)
- paleozoïcum (verouderd: Primair)
- Het woord cenozoïcum staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.