celinhoud
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- cel·in·houd
Woordherkomst en -opbouw
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | celinhoud | celinhouden |
| verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de celinhoud m
- het vocht binnen in de cel
- De celinhoud van de groente komt nauwelijks in het kookwater terecht, waardoor er meer voedingsstoffen in het eten blijven.” [2]
- De overerving van dit mitochondriale DNA staat los van het DNA in de chromosomen. De mitochondriën worden van generatie op generatie via de celinhoud (het protoplasma) van de eicel doorgegeven. [3]
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord 'celinhoud' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "celinhoud" herkend door:
| 96 % | van de Nederlanders; |
| 91 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Reformatorisch Dagblad Bieflapje binnen drie minuten gaar met de e-Cooker Bart van den Dikkenberg 01-09-2011
- ↑ Reformatorisch Dagblad dr. Peter Borger en drs. Tom Zoutewelle 15-06-2018 Onderzoek wijst op recente oorsprong mens en dier
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
