Naar inhoud springen

cartonner

Uit WikiWoordenboek

cartonner

  1. (spreektaal) veel succes hebben
    «Apparemment, tu cartonnes en math avec ces notes.»
    Aan deze cijfers te zien heb je kennelijk veel succes met wiskunde. [1]
  2. (spreektaal) de boel naar de verdommenis helpen, een ongeluk hebben
    «J’ai cartonné en voiture en allant au boulot.»
    Ik heb mijn wagen in de prak gereden toen ik naar het werk ging [1]
  3. (spreektaal) seks hebben
    «A force de cartonner, ces gonzesses risquent le choper le dasse.»
    Die meiden riskeren aids door altijd maar seks te hebben. [1]
  4. (spreektaal) een kaartje leggen [1]