cartografie
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: cartografie (hulp, bestand)
Woordafbreking
- car·to·gra·fie
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘het maken van kaarten’ voor het eerst aangetroffen in 1875 [1]
- afgeleid van het Latijnse: 'charta' (kaart) met het achtervoegsel -grafie
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | cartografie | cartografieën |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de cartografie v
- (aardrijkskunde) de kunst en wetenschap van het vervaardigen van land-, zee- en/of luchtkaarten
Schrijfwijzen
- Binnen het vakgebied wordt meestal gebruik gemaakt van de spelling 'kartografie' (met een 'k'). Deze spelling is echter sinds 1995 niet meer aanvaardbaar.
Verwante begrippen
Vertalingen
1. de kunst en wetenschap van het vervaardigen van land-, zee- en/of luchtkaarten
Gangbaarheid
- Het woord cartografie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "cartografie" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "cartografie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be