cameraman
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Inhoud
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ca·me·ra·man
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van camera en man
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | cameraman | cameramannen cameralieden cameralui |
verkleinwoord | cameramannetje | cameramannetjes |
Zelfstandig naamwoord
cameraman m
- (beroep) beroep waarbij het bedienen een video- en/of filmcamera centraal staat
- Hij werkt als cameraman bij de omroep.
- diegene die de camera bedient
- Dan is hij/zij de cameraman.
Verwante begrippen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord cameraman staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'cameraman' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.