calvarie

Nederlands

[2] calvarie

Uitspraak

• Geluid:  calvarie    (hulp, bestand)
• IPA: / kɑlˈvari / (3 lettergrepen)

Woordafbreking

• cal·va·rie

Woordherkomst en -opbouw

• van kerkelijk Latijn Calvaria, als benaming voor Golgotha , de plaats waar Jezus volgens de Bijbel is gekruisigd

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	calvarie	calvaries
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de calvarie v

1. (kunst) schilderij of beeldhouwwerk met Jezus aan het kruis geflankeerd door Maria en Johannes
2. (figuurlijk) lijdensweg, kruisweg

   ▸ Bovendien zag Peter Maes Mujangi Bia geblesseerd afhaken. De Wase calvarie nog een tikje zwaarder dus. Of kon de rust soelaas brengen voor de ploeg die steeds nerveuzer wordt in de kelder van 1A?

   ▸ Achterin bleken de Haspengouwers bovendien een zeef uit grootmoederstijd. Hoelang zou Kevin Muscat deze calvarie nog overleven?

Afgeleide begrippen

• calvarieberg, calvarietocht

Vertalingen

    1. schilderij of beeldhouwwerk met Jezus aan het kruis geflankeerd door Maria en Johannes   

Engels: calvary (en)

Gangbaarheid

• Het woord calvarie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.