cabrio
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ca·brio
Woordherkomst en -opbouw
- verkorting van cabriolet
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | cabrio | cabrio's |
verkleinwoord | cabriootje | cabriootjes |
Zelfstandig naamwoord
de cabrio m
- auto met een neerklapbaar dak
- Ik trek veel aandacht bij de dames in mijn flitsende, rode cabrio.
- Ooit had ik een Mercedes van de zaak, een Mercedes cabrio en een Volkswagen. Ik droom ervan dat we na ons pensioen een cabrio-vierzitter van Mercedes hebben, dan kunnen de kinderen mee. Annemarie wil dan een Range Rover Vogue. Vroeger vond ik bezit echt belangrijk, sinds ik kanker heb gehad niet meer. Gezondheid is nu belangrijker.” [1]
Gangbaarheid
- Het woord cabrio staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "cabrio" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ NRC Friederike de Raat 23 december 2016
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be