bushalte
Uiterlijk
- Geluid: bushalte (hulp, bestand)
- IPA: / ˈbʏshɑltə / (3 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈbʏshɑɫtə/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˈbʏshɑltə/
- bus·hal·te
- samenstelling van bus en halte
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bushalte | bushalten, bushaltes |
verkleinwoord | bushaltetje | bushaltetjes |
- (verkeer) een plek waar een bus stopt en mensen in en uit de bus kunnen stappen
- Als er vertraging is, staan hier vaak veel mensen bij de bushalte.
1. een plek waar een bus stopt
- Het woord bushalte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bushalte" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Verkeer in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %