brutalice

Uit WikiWoordenboek

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
brutalizar

brutalice

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van brutalizar
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van brutalizar
  3. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van brutalizar
vervoeging van
brutalizarse

brutalice

  1. aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van brutalizarse
  2. aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van brutalizarse
  3. gebiedende wijs (ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van brutalizarse