bruslit
Tsjechisch
Uitspraak
- IPA: /brʊslɪt/
Woordafbreking
- bru·s·lit
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
bruslit imperfectief
- schaatsen; zich voortbewegen op schaatsen
- «Bruslit neumím.»
- Ik kan niet schaatsen.
- «Bruslit neumím.»
Vervoeging
enkelvoud | meervoud | ||
---|---|---|---|
eerste persoon | bruslím | bruslíme | |
tweede persoon | informeel | bruslíš | bruslíte |
formeel | bruslíte | ||
derde persoon | bruslí | bruslí |
Schrijfwijzen
- Oude schrijfwijze: brusliti imperfectief