brilpoetsdoekje

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

1. lapje om brilglazen schoon te vegen
Uitspraak
Woordafbreking
  • bril·poets·doek·je
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord - -
verkleinwoord brilpoetsdoekje brilpoetsdoekjes

Zelfstandig naamwoord

het brilpoetsdoekjeo dim. tant.

  1. lapje om brilglazen schoon te vegen
    • Veiligheidsmensen onderzoeken minutieus iedere tas en de bezoekers worden van kruin tot voeten afgetast met een detector. Die werkt: het brilpoetsdoekje in wegwerpverpakking, dat ik in het zakje van mijn overhemd heb, wordt feilloos opgevist. [1]
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen