brengt voort

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • brengt voort
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
voortbrengen

brengt (…) voort

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voortbrengen
    • Jij brengt voort. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voortbrengen
    • Hij brengt voort. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van voortbrengen
    • Brengt voort! 

Gangbaarheid