braaf
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- braaf
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘eerzaam, gehoorzaam’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1769 [1]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | braaf | braver | braafst |
verbogen | brave | bravere | braafste |
partitief | braafs | bravers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
braaf
- bereid de regels in acht te nemen
- Hij was niet altijd de braafste van de klas.
- Meisjes zijn vaak braver dan de ondeugende jongens.
- weinig vernieuwend
- ▸ Hebt u het portret gezien boven de haard? U herkent zonder twijfel de markante en nobele trekken van Niccoló Paganini. Ik zal de eerste zijn om uw gelijk te beamen wanneer u zegt dat het in schilderkundig opzicht geen meesterwerk betreft. Het is gemaakt door een brave, mindere meester, die er zelfs in zijn tijd niet om bekendstond dat hij zijn tijd vooruit was.[2]
- (wiskunde) intuïtieve, gemakkelijk manipuleerbare eigenschappen hebben, in het bijzonder: een functie is braaf als ze eindige afgeleiden van alle orden heeft in alle punten, en geen discontinuïteiten heeft.
- kuis
- (verouderd) moed bezittend
Antoniemen
Uitdrukkingen en gezegden
- [1,2,4] brave hendrik
- Het braafste jongetje van de klas
Iemand die de regels opvallend goed (het beste van iedereen) naleeft; vaak figuurlijk gebruikt, bijvoorbeeld in een geopolitieke context voor landen die zich het beste aan internationaal geldende afspraken houden
Bijwoord
braaf
Gangbaarheid
- Het woord braaf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "braaf" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ "braaf" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ “Grand Hotel Europa” (2018), , ISBN 978-90-295-2622-7, p. 15
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 5
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 1 lettergreep in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Wiskunde in het Nederlands
- Verouderd in het Nederlands
- Bijwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %