bouwlobby

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bouw·lob·by
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bouwlobby bouwlobby's
verkleinwoord bouwlobbytje bouwlobbytjes

Zelfstandig naamwoord

de bouwlobbyv / m

  1. (politiek) (bouwkunde) belangengroep voor de bouwsector die, meestal achter de schermen en dus buiten de parlementaire controle om, pressie uitoefent op bijv. het overheidsbeleid
     Volgens haar wordt er te veel gefocust op nieuwbouw, deels vanwege de sterke bouwlobby, en moet er ook beter gekeken worden naar de huidige gebouwenvoorraad. "De woningnood is zo dringend dat je moet kijken hoe je voor zo veel mogelijk mensen een plekje kan creëren."[1]
     Volgens de bouwlobby is zo'n verlaging niet alleen gunstig voor consumenten, maar ook voor de bouwbranche die nog steeds veel last heeft van de economische crisis. Door een verlaging van de btw krijgt nieuwbouw een impuls, verwacht Bouwend Nederland.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 6 maart 2023 Weblink bron
    Anna Mees
    “Opnieuw woonprotest in Amsterdam: 'Goed dat ze druk op de ketel houden'” (Zondag 26 februari, 11:36), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 6 maart 2023 Weblink bron “Verhagen wil lage btw bouwgrond” (Vrijdag 2 mei 2014, 08:59), NOS