borstonderzoek

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • borst·on·der·zoek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord borstonderzoek borstonderzoeken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het borstonderzoeko

  1. (medisch) onderzoek van de organen in de borstkas
  2. (medisch) onderzoek van de borsten van de vrouw
     Het Alexander Monro Ziekenhuis in Bilthoven, gespecialiseerd in borstkanker, ondervroeg 400 vrouwen naar hun kennis van borstonderzoek. Daaruit kwam naar voren dat het vaak aan kennis ontbreekt.[2]
     Bij een patiënte voerde hij borstonderzoek uit zonder handschoenen te dragen. Bij een man haalde hij met een injectienaald zaadcellen uit de testikels van de man, terwijl die niet was verdoofd.[3]
     In Nederland worden vrouwen van 50 tot 75 jaar iedere twee jaar uitgenodigd voor een borstonderzoek.[4]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 1 februari 2023 Weblink bron “'Kijken is beter dan voelen bij borstkankeronderzoek'” (Maandag 15 april 2019, 12:32), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 1 februari 2023 Weblink bron “Nepgynaecoloog moet cel in na misbruiken patiënten” (Vrijdag 6 juli 2018, 11:14), NOS
  4. Bronlink geraadpleegd op 1 februari 2023 Weblink bron “Screenen borstkanker met blaastest” (Dinsdag 28 augustus 2012, 15:30), NOS