borgermester

Uit WikiWoordenboek


Deens

Naar frequentie 84630

Zelfstandig naamwoord

borgermester

  1. verouderde spelling of vorm van borgmester [1]
(verouderd) onbepaalde vorm nominatief enkelvoud van borgermester, g

Verwijzingen

  1. Ordbog over det danske Sprog
    Deel 2, 1920
    Trefwoorden: borgermester en borgmester


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • bor·ger·mes·ter
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig uit het Nederduits
  • Samenstelling van de Noorse zelfstandige naamwoorden borger en mester
Naar frequentie 4887
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   borgermester     borgermesteren     borgermestere
borgermestrer
borgermestre  
  borgermesterne
borgermestrene  
genitief   borgermesters     borgermesterens     borgermesteres
borgermestrers
borgermestres  
  borgermesternes
borgermestrenes  

Zelfstandig naamwoord

borgermester, m

  1. (politiek) burgemeester (in Noorwegen ordfører)
    «En borgermester er den øverste administrative og politiske lederen for en by eller kommune.»
    Een burgemeester is de hoogste administratieve en politieke leider van een stad of gemeente.
Synoniemen