boomslak

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • boom·slak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord boomslak boomslakken
verkleinwoord boomslakje boomslakjes

Zelfstandig naamwoord

de boomslakv / m

  1. (verouderd) (buikpotigen) (Arianta arbustorum) een veelvoorkomende Europese slak uit de familie Helicidae op Wikispecies
    • Kijk, nog een boomslak in de tuin. 
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid