bonter
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bonter (hulp, bestand)
- IPA: / ˈbɔntər / (2 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈbɔn.tər/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈbɔn.tər/
- (Limburg): /ˈbɔn.tər/
Woordafbreking
- bon·ter
Bijvoeglijk naamwoord
bonter
- onverbogen vorm van de vergrotende trap van bont