bonnetterie

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  bonnetterie    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌbɔnətəˈri / (4 lettergrepen)

Woordafbreking

• bon·net·te·rie

Woordherkomst en -opbouw

• van Frans bonneterie, op te vatten als afgeleid van  bonnet zn  met het achtervoegsel -erie, in de betekenis van ‘textielwinkel’ aangetroffen vanaf 1865

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	bonnetterie	bonnetterieën
verkleinwoord	-	-

Zelfstandig naamwoord

de bonnetterie v

1. (bedrijf) winkel die geweven en gebreide producten verkoopt
2. verzamelnaam voor geweven en gebreide producten

Synoniemen

• [1] textielwinkel
• [2] manufacturen

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Gangbaarheid

• Het woord bonnetterie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.