bondskanselierschap
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bonds·kan·se·lier·schap
Woordherkomst en -opbouw
- afleiding van bondskanselier met het achtervoegsel -schap
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bondskanselierschap | bondskanselierschappen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het bondskanselierschap o
- (politiek) de functie van regeringsleider in Duitsland of Oostenrijk
- ▸ De CDU, de grootste partij van Europa's grootste economie, verkeert in een identiteitscrisis. De Duitse christendemocraten weten niet goed welke kant ze op moeten nu Merkel na ruim vijftien jaar bondskanselierschap het politieke toneel en de partij verlaat.[1]
- ▸ Dit weekend blikken we terug op het bondskanselierschap van Angela Merkel. In september neemt ze na 16 jaar afscheid. Vandaag: welke rol speelde ze op het wereldtoneel?[2]
- (beroep) ambtelijk hoofd van de bondskanselarij in Zwitserland
Gangbaarheid
- Het woord bondskanselierschap staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Judith van de Hulsbeek“Lakmoesproef voor Merkels CDU: gevangen tussen twee vuren” (06-06-2021), NOS
- ↑ Weblink bron “16 jaar Merkel op het wereldtoneel” (16-05-2021), NOS