boekenprogramma

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • boe·ken·pro·gram·ma
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord boekenprogramma boekenprogramma's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het boekenprogrammao

  1. (media) programma op radio of televisie dat over boeken gaat
     "Dan komt de zomerprogrammering ter discussie. Met nieuwe zomerprogramma's zoals M en het boekenprogramma Moby Dick van Matthijs van Nieuwkerk stoppen we. Ook verdwijnen er in de dag-tv programma's voor ouderen. En we zullen over de hele linie kijken of de vooravond wat soberder kan en we kunnen op NPO 3 minder dagen volwaardig programmeren. Meer herhalingen en meer aankoop. De kwaliteit van de hele programmering komt dus verder onder druk, maar we gaan moedig voorwaarts."[1]
     Een aantal mensen zegt dat Wim Brands, die onlangs overleed en voor de VPRO een boekenprogramma presenteerde, een uitstekende opvolger zou zijn geweest.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 25 maart 2023 Weblink bron “Publieke omroep: journalistiek wordt ontzien, meer geld van tv naar online” (Dinsdag 28 augustus 2018, 11:05), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 25 maart 2023 Weblink bron “Het grote Wie-Moet-Zomergasten-Presenteren-Spel begint weer” (Vrijdag 29 april 2016, 11:42), NOS