bodybuild

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bo·dy·build

Werkwoord

vervoeging van
bodybuilden

bodybuild

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bodybuilden
    • Ik bodybuild. 
  2. gebiedende wijs van bodybuilden
    • Bodybuild! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bodybuilden
    • Bodybuild je?